Organisatie van een Brede School?

Samenwerkingsverband

Een Brede School is geen opdracht voor één organisatie of één sector maar voor meerdere. Diverse organisaties die betrokken zijn bij de ontwikkeling van kinderen en jongeren werken doelgericht samen.

Eén of meerdere scholen maken altijd deel uit van het samenwerkingsverband. Kinderen en jongeren brengen er immers veel tijd door. Leren staat er centraal en je kan er een heel diverse populatie kinderen en jongeren (kansarm en kansrijk) bereiken.

Verder bestaat het samenwerkingsverband uit nog minstens twee andere sectoren: jeugdwerk, buurtsport, (school)opbouwwerk, culturele organisaties, volwasseneneducatie, bibliotheek, een bejaardentehuis, buurtwerk, politie, kinderopvang, kunsteducatieve organisaties

Elk samenwerkingsverband is anders. Maar, alle partners werken op een gelijkwaardige manier samen. De Brede School moet voor elk van de partners een winsituatie betekenen, zoals een beter bereik van de eigen doelgroep, het mee realiseren van de eigen doelstellingen, toegang tot infrastructuur, een levensechte leercontext, visieontwikkeling …

Coördinatie van een Brede School

Brede School wordt gerealiseerd door mensen uit verschillende organisaties. In dit luik staan we stil bij de rol van de coördinator, uit ervaringen van proefprojecten blijkt deze namelijk onontbeerlijk. Brede Scholen zijn immers actief in veranderende contexten, bestaan uit verschillende organisaties die hun krachten bundelen. Om het geheel te organiseren en vorm te geven is een trekker noodzakelijk ( Joos, Ernalsteen, Engels & Morreel, 2010 Joos, A., Ernalsteen, V., Engels, M., Morreel, E. (2010a). Eindrapport brede school. Verslaggeving en aanbevelingen na drie jaar proefprojecten brede school in Vlaanderen en Brussel. Gent: Steunpunt Gelijke Onderwijskansen/Steunpunt Diversiteit & Leren. , Ernalsteen, Blaton & Joos, 2012 Ernalsteen, V., Blaton, L. & Joos, A. (2012). Starten met een Brede School. Stappen en aandachtspunten. Gent: Steunpunt Diversiteit & Leren. ).

Ik denk dat de coördinatie de sturende kracht is om een dergelijk project te realiseren en concretiseren. Er moet iemand zijn die het project in handen pakt, die mensen benadert, die het project bespreekt met hen, die feedback verwerkt en die zorgt dat er een bindmiddel is – een cohesie tussen alle partners – met alle gevoeligheden die er zijn. Als je dat als coördinatie niet in de hand hebt en niet stuwt, is het project volgens mij gedoemd om in de startfase te blijven zitten. Dan geraak je niet veel verder, eventueel een beetje maar dan zakt het toch in elkaar (een bredeschoolcoördinator, p. 25, Ernalsteen, Blaton & Joos, 2012 Ernalsteen, V., Blaton, L. & Joos, A. (2012). Starten met een Brede School. Stappen en aandachtspunten. Gent: Steunpunt Diversiteit & Leren. ).

In de praktijk blijkt dat de coördinerende taak vaak in handen ligt van de initiatiefnemende persoon of organisatie. Vaak blijft degene die de dynamiek van Brede School in gang heeft gezet ook nadien de motor die de samenwerking op gang houdt. Maar, dat hoeft uiteraard niet. Doorheen de tijd kan de coördinatiefunctie bijvoorbeeld veranderen van invulling en bijgevolg ook van organisatie die deze taken opneemt.

Uit de impactbevraging ( Joos, Ernalsteen, Engels & Morreel, 2010 Joos, A., Ernalsteen, V., Engels, M., Morreel, E. (2010a). Eindrapport brede school. Verslaggeving en aanbevelingen na drie jaar proefprojecten brede school in Vlaanderen en Brussel. Gent: Steunpunt Gelijke Onderwijskansen/Steunpunt Diversiteit & Leren. ) blijkt dat een coördinator met tijd (en dus een mandaat) meer kracht heeft om een divers samenwerkingsverband samen te stellen en gemeenschappelijke doelen na te streven. We pleiten voor minimaal een halftijdse opdracht, ingevuld door één persoon. Uiteraard hangt dit ook af van de grootte van het samenwerkingsverband: een Brede School in een groter grondgebied, met een groot aantal partners of een grote complexiteit van ontwikkelingsnoden, heeft baat bij een omvangrijkere coördinatiefunctie. 

Brede School en de werking in jouw klas/school?

Centraal in een Brede School staat het maximaliseren van ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren. Het gaat  over het creëren van een brede leer- én leefomgeving in de vrije tijd en op school. Dit is een belangrijke aanvulling: een Brede School is breder dan de school, het gaat over meer dan wat tijdens schooluren gebeurt. Maar, dat wil niet zeggen dat leerkrachten ook na de schooluren aan de slag moeten, het gaat er juist om de krachten te bundelen van eenieder die werkt met en voor kinderen en jongeren.

Tijdens de schooluren wordt in een Brede School ook gewerkt aan het creëren van een brede leer- én leefomgeving, scholen werken immers aan het bereiken van eindtermen, aan het ontwikkelen van kinderen tot mondige burgers die participeren in de samenleving. Via het netwerk Brede School, kunnen scholen die er deel van uitmaken ervoor zorgen dat de leeromgeving die op school gecreëerd wordt breder wordt, dat gebruik gemaakt wordt van de rijkheid van de buurt, om zo in te zetten op versterken, verbreden en breed leren. Is dat meer werk voor leerkrachten? Misschien is het gewoon anders werken voor leerkrachten, want binnen een Brede School versterken verschillende organisaties elkaar. Zo kunnen professionals van bijvoorbeeld sociaal-artistieke of culturele organisatie leerkrachten inspireren bij het muzisch werken, bieden welzijnsorganisaties ondersteuning voor het omkaderen van kinderen en hun ouders, …

Creative Commons License